Na een dag werken haalde ik kleine M. op van de naschoolse opvang. Vol verwachting stapte ik van mijn fiets want na een dagenlange verzameling van lege verpakkingen werd er vandaag iets mee geknutseld. M. was die ochtend met een torenhoge tas vertrokken en had ons advies om iets thuis te laten, in de wind geslagen. Hij leek dus veel zin te hebben in de dag.
Terwijl ik met M. op het speelveld een balletje trapte, zag ik kinderen met de grootste kunstwerken naar buiten komen. Ik had de stille hoop ook met een melkpakauto de deur uit te gaan. Niets bleek minder waar… M. had zijn ‘NEE masker’ weer eens opgezet. Hij had die middag niet meegedaan en alle aanmoedigingen ten spijt bleef hij in alle toonaarden weigeren. De leidster keek me met een verontschuldigende blik aan. Ik wist dat zij haar best had gedaan, maar dat mijn kleine weigeraar uit angst voor het onbekende niet te vermurwen was geweest.
Het is een onzekerheid die hij altijd heeft gehad en het is zo jammer want hij mist daardoor zoveel leuke dingen. Op school lijkt hij die angst richting kinderen niet (meer) te hebben. Hij speelt met Jan en alleman, wordt gevraagd om mee te doen en krijgt hulp als iets niet lukt. Op school zit de angst nog wel in kleine onbekende dingen. Zoals gym in je ondergoed. Al zou ik er niet aan moeten denken om nu in mijn ondergoed te moeten gymen, maar bij M. is het ondergoed niet het probleem.
Zie echter eerst maar eens in je ondergoed te geraken of andersom: krijg na het gymen al je kleren maar weer eens aan. Deze praktische angsten begrijp ik volkomen maar die zijn niet onoverkomelijk en daar kunnen we eenvoudig iets aan doen.
De andere, grotere angst voor het onbekende vind ik lastiger aan te pakken. Ik zoek daarom al lang naar een aansprekend voorbeeld om hem duidelijk te maken dat hij niet bang hoeft te zijn voor nieuwe dingen. Het echte goede verhaal heb ik nog niet gevonden. Tot vandaag…
De dag was voor ons beiden lang geweest en de koelkast vrij leeg, dus besloten we in het restaurant van papa een pannenkoek te eten. Terwijl we de parkeerplaats opfietsen zag ik daar het levende voorbeeld staan, de metafoor voor de onnodig angstige M.! Een voorbeeld in de vorm van… een haan. Een prachtige zwarte met glimmende veren die in eerste instantie trots boven op het kippenhok leek te staan. Maar ook in het land van de kip is niets wat het lijkt. De haan was de nieuwe bewoner tussen een paar kippen en een minuscuul, verschrompelt, vaalwit haantje. En ondanks zijn prachtige pak met veren was hij zo bang dat hij al dagen boven op het kippenhok stond. Hij durfde er niet af uit angst zich te moeten mengen tussen zijn nieuwe medebewoners. “Mama, wat zielig voor die haan” zei M. toen hij het verhaal hoorde. En toen wist ik het; dit is het voorbeeld waarmee we zijn gedrag kunnen spiegelen! M. is tenslotte ook zo’n prachtige haan met glimmende veren die angstig boven op het hok blijft staan.
Onderweg naar huis bracht ik het gesprek nog eens op die arme haan en gaandeweg lardeerde ik daar zijn dag bij de opvang doorheen. Ook al was het een lange dag geweest, hij leek de vergelijking wel te zien. De haan heeft indruk gemaakt en zal hem nog lang bij blijven, hopelijk net zo lang als wij nodig hebben om hem over de drempel naar het onbekende heen te helpen. Nu die arme haan nog… misschien kan M. hem uiteindelijk een handje helpen? Alhoewel… zie M. eerst maar eens dat hok in te krijgen!