Monthly Archives: februari 2014

Een Schwalbe-koning in de dop

“Papa, gaan we racen?”
Een paar keer per jaar haalt Kleine M. een van zijn favoriete na-het-eten-activiteiten van stal: racen. Lees: door het huis vliegen leunend op een kleine houten auto terwijl papa (of mama) er achteraan banjert leunend op de speelgoedbakfiets. Een tafereel waarbij de pijn je als ouder spontaan in de rug schiet, maar die wel zorgt dat het laatste restje energie bij M. als sneeuw voor de zon verdwijnt.
Het leuke van deze terugkerende raceperiode is dat de ontwikkelingen van Kleine M. zo uitvergroot worden. Eerst kon je er rustig achteraan sjokken want zijn bewegingen waren nog wat instabiel, maar inmiddels moet je als ouder ook flink aan de bak. Een uitputtingsslag voor beide partijen.

racing-carNiet alleen fysiek zie je de veranderingen, ook de mentale ontwikkeling is duidelijk zichtbaar. Met een besmuikte glimlach zag ik hem deze week klaar-voor-de-start roepen. Hij voerde iets in zijn schild. “Papa, ik ga lekker vals spelen!” Hij begon zijn race voordat zijn eigen startschot had geklonken en won natuurlijk met grote voorsprong de eerste omloop. Bij de tweede start gaf ik het startschot, maar ook hier wist hij meerdere centimeters te smokkelen. Gierend van de lach vloog hij het huis door en riep om het hardst dat hij toch wel ging winnen.

Bij de laatste start liet hij zijn vader zowaar voor gaan. Ik snapte niet goed waar deze wending opeens vandaan kwam. Heel erg aardig en ook typerend voor mijn lieve kind, maar in de sfeer van deze wedstrijd paste het totaal niet. Kleine M. leek zelfs enthousiast van start te gaan, maar even later lag hij kermend van de pijn in de gang. Hij moet zich tegen de deurpost gestoten hebben of was hij misschien met zijn hoofd tegen de muur gebotst? Wij, bezorgde ouders, schoten hem te hulp, maar we hadden ons nog niet over hem heen gebogen of hij veerde op, pakte zijn auto, vloog weg en schaterde: “Ik ga winnen”. Zijn tegenstander, papa in dit geval, pakte zijn eigen voertuig en vervolgde de wedstrijd. Ik bleef verbijsterd achter. Kleine M. had ons goed voor de gek gehouden. Een Schwalbe koning in de dop. Natuurlijk, heel erg grappig maar ik vroeg me wel af: hoe verzint hij dit? Een sluwe vos? Of een wolf in schaapskleren? Zelf kan ik niet goed tegen mijn verlies, maar ben niet het type dat slimme listen verzint om te winnen. Ook kijken we met hem niet veel sport op televisie, dus hij is nog niet bekend met de meesters van de schwalbe: Arjen Robben of Luis Suárez. Heeft hij misschien een aangeboren talent voor listige slimheid?

Sinds vandaag is de raceperiode weer voorbij. Ik kan niet wachten tot we over een paar maanden weer een verzoek krijgen om te wedijveren. Welke truc verzint hij dan om te winnen?

Allemaal smoesjes…

De laatste maanden zat mijn hoofd vol door mijn nieuwe baan. Vol met af en toe net een paar druppels over de rand. De zinsnede ‘affiniteit met…’in de vacature tekst bleek zacht uitgedrukt, ‘gespecialiseerd in’ had wellicht meer de lading gedekt.
Ik heb momenten gehad dat het voelde alsof mijn sprong in het diepe van de hoogste duikplank was genomen. Dit wordt overigens geen meelijwekkend verhaal hoor!

exhaustedMeestal als ik dan na zo’n dag ploeteren thuis kom, ben ik uitgeblust. De energie, gezelligheid of creativiteit is ver te zoeken. Dus vind ik dan dat ik het volste recht heb om, na alle avondrituelen (koken, afwas, kind in bad en naar bed), op de bank neer te ploffen met een kopje thee en een koekje. Televisie aan of lekker met de iPad op schoot de, al eens eerder genoemde, digitale winkelwagentjes te vullen. Met andere woorden….er komt niets meer uit. En naar mezelf toe hanteer ik de fluwelen handschoen. Ik zie mezelf in soft focus als ik in de spiegel kijk, nog geen zin om realistisch te zijn. Begrijpelijk maar ook verdovend en zeker niet zaligmakend. Echter heb ik soms helemaal niet in de gaten dat ik in zo’n modus zit. Het moge duidelijk zijn, ’s avonds verkies ik de weg van de minste weerstand omdat het overdag vaak met vallen en opstaan gaat.
Als je jong(er) bent, merk je lichamelijk niet veel van zo’n ‘bank-hang-periode’ maar helaas behoor ik niet langer tot die groep. Mijn lichaam vertoont tekenen van stilstand. Mijn zitspieren zijn zeer goed getraind maar daar heb je helaas zo weinig aan. Toch was het kwartje nog niet gevallen. Mijn gedachten waren nog zo bij het werk en de kilometers die ik dagelijks fiets om daar te komen, vallen toch ook onder de noemer ‘beweging’?

Kortom….smoesjes…heel veel smoesjes. Ik had me al twee weken voorgenomen om de stoute hardloopschoenen weer eens aan te trekken, maar je raadt het al…. Het regende, ik kreeg griep en het kwam met het werkrooster van manlief heel slecht uit. Nog meer uitwijkmanoeuvres dus.

Tot gisteren. Ik probeerde nog wat smoezen maar het was zo’n prachtige zonnige winterdag dat zelfs met mijn rubberen ruggengraat redeneringen elke smoes ongegrond bleek. En na een halfuur fysieke inspanning voelde ik me als nieuw… Althans moe maar voldaan en fris in het hoofd. Vandaag piept en kraakt alles van de stevige spierpijn want ik wilde met iets te veel volle kracht vooruit, maar de kop is er af en over twee dagen ga ik weer. Griep zal ik niet een tweede keer krijgen, manlief is die avond vrij en andere smoezen zijn ongegrond, alhoewel…. misschien sneeuwt het wel.