Tag Archives: kind

Een handvol vrienden

Wat is vriendschap voor jou? Wat maakt een vriend een echte vriend?

Vroeger vond ik vriendschappen maar ingewikkeld. Gaf je je helemaal dan was het teveel, gaf je minder dan was het te weinig. In de ene vriendschap liep je op je tenen en bij een volgende leek het juist alsof de ander je maar net aan kon bijhouden. Het vinden van de juiste balans bleek vaak moeilijk, maar misschien was mijn aanpassingsvermogen gewoon niet goed genoeg.

Verder lezen…

Zo help ik je juist niet


Lieve M,

Deze brief schrijf ik je omdat ik me besef dat ik het, de afgelopen dagen, niet goed heb aangepakt. Ik wil je zo graag helpen zodat je het op school iets makkelijker hebt, maar volgens mij help ik je juist niet. In plaats van je de ruimte te geven om thuis te kunnen ontspannen, bedenk ik allemaal dingen die je moet. We moeten ’s ochtends tafels oefenen, we moeten ’s middags een kwartiertje rekenen, je moet op tijd naar bed en je moet je concentreren.

Terwijl ik maar praat en praat en zeg hoe graag ik je wil helpen, zie ik dat bij jou de paniek in je ogen schiet. En wat doe ik? Ik praat door en geef je dus eigenlijk geen kans om mij te stoppen.
Lees verder!

Warme deken

Dit is een ode aan de warme deken. Mijn warme deken, want helaas heeft niet iedereen zo’n vangnet waarin hij zich met zijn ogen dicht kan laten vallen.

En als je wel zo’n bofkont bent zoals ik, besef jij je dat dan weleens? Sta je wel eens stil bij hoe bijzonder het is om zo’n warme deken, of misschien zelfs wel een vierseizoenendekbed om je heen te kunnen slaan? 
Lees verder!

De wondere wereld van de letters


Overal om je heen zie je letters. Letters die woorden vormen en woorden die zinnen maken, maar ook letters om iets te duiden: een rangorde, bewegwijzering, letters in postcodes en ga zo maar door. Als lezende volwassenen zie je ze vaak alleen als je ze wilt zien of als je ze nodig hebt. Ze zijn net zo min bijzonder als een passerende auto of een regenbui.
Voor een zesjarige in groep 3 is de wereld van de letter echter een compleet nieuwe dimensie in zijn leven. Waar een straat eerst een gewone weg was om van a naar b te komen, vormt het nu het decor voor een ontdekkingsreis. Een straatnaambord, een kentekenplaat en niet te missen: de P van parkeren.
Lees verder!

Een Schwalbe-koning in de dop

“Papa, gaan we racen?”
Een paar keer per jaar haalt Kleine M. een van zijn favoriete na-het-eten-activiteiten van stal: racen. Lees: door het huis vliegen leunend op een kleine houten auto terwijl papa (of mama) er achteraan banjert leunend op de speelgoedbakfiets. Een tafereel waarbij de pijn je als ouder spontaan in de rug schiet, maar die wel zorgt dat het laatste restje energie bij M. als sneeuw voor de zon verdwijnt.
Het leuke van deze terugkerende raceperiode is dat de ontwikkelingen van Kleine M. zo uitvergroot worden. Eerst kon je er rustig achteraan sjokken want zijn bewegingen waren nog wat instabiel, maar inmiddels moet je als ouder ook flink aan de bak. Een uitputtingsslag voor beide partijen.

racing-carNiet alleen fysiek zie je de veranderingen, ook de mentale ontwikkeling is duidelijk zichtbaar. Met een besmuikte glimlach zag ik hem deze week klaar-voor-de-start roepen. Hij voerde iets in zijn schild. “Papa, ik ga lekker vals spelen!” Hij begon zijn race voordat zijn eigen startschot had geklonken en won natuurlijk met grote voorsprong de eerste omloop. Bij de tweede start gaf ik het startschot, maar ook hier wist hij meerdere centimeters te smokkelen. Gierend van de lach vloog hij het huis door en riep om het hardst dat hij toch wel ging winnen.

Bij de laatste start liet hij zijn vader zowaar voor gaan. Ik snapte niet goed waar deze wending opeens vandaan kwam. Heel erg aardig en ook typerend voor mijn lieve kind, maar in de sfeer van deze wedstrijd paste het totaal niet. Kleine M. leek zelfs enthousiast van start te gaan, maar even later lag hij kermend van de pijn in de gang. Hij moet zich tegen de deurpost gestoten hebben of was hij misschien met zijn hoofd tegen de muur gebotst? Wij, bezorgde ouders, schoten hem te hulp, maar we hadden ons nog niet over hem heen gebogen of hij veerde op, pakte zijn auto, vloog weg en schaterde: “Ik ga winnen”. Zijn tegenstander, papa in dit geval, pakte zijn eigen voertuig en vervolgde de wedstrijd. Ik bleef verbijsterd achter. Kleine M. had ons goed voor de gek gehouden. Een Schwalbe koning in de dop. Natuurlijk, heel erg grappig maar ik vroeg me wel af: hoe verzint hij dit? Een sluwe vos? Of een wolf in schaapskleren? Zelf kan ik niet goed tegen mijn verlies, maar ben niet het type dat slimme listen verzint om te winnen. Ook kijken we met hem niet veel sport op televisie, dus hij is nog niet bekend met de meesters van de schwalbe: Arjen Robben of Luis Suárez. Heeft hij misschien een aangeboren talent voor listige slimheid?

Sinds vandaag is de raceperiode weer voorbij. Ik kan niet wachten tot we over een paar maanden weer een verzoek krijgen om te wedijveren. Welke truc verzint hij dan om te winnen?

De juiste verhouding tussen werk, privé én solliciteren

Oké het nu volgende komt misschien over als een kleine klaagzang….

Zoals je eerder hebt gelezen ben ik naarstig op zoek naar een baan. Het voelt alsof er geen tijd te verliezen is en geen vrij uur onbenut mag blijven, want het is zo 1 oktober en dan heb ik geen werk meer. Maar hoe doe je dat met een man in de horeca, een lopende baan die topdrukte kent, een kind van 3 en een huishouden?

jugglerDe combinatie van een baan in de horeca en een baan tijdens kantooruren is voor ons als ouders doorgaans perfect. We besparen op de kinderopvang en kleine M. heeft in de ochtenduren alle aandacht van papa en ’s avonds de volle aandacht van mama. Ideaal… tot nu. Want die volle aandacht van mama gaat ten koste van mijn kostbare uren om te solliciteren! Als het mopje in bed ligt, de afwas gedaan (ja vaatwasser stuk) en het huis ‘aan kant’ dan is het 21.30 uur. En wil ik niet als een stuiterbal mijn bed in rollen dan kan ik na 23:00 uur beter niets meer doen. Da’s anderhalf uur… en te weinig om een leuke, opvallende en een ‘anders-dan-die-500-andere-briefschrijvers’ brief te schrijven.

Het feit dat we zelden allemaal tegelijk thuis zijn, is nooit leuk maar komt nu helemaal niet goed uit. Als we dan eens in het weekend samen thuis zijn, dan kan ik me toch moeilijk terugtrekken om vacatures te zoeken, mijn CV af te stoffen en aan mijn toekomst te werken? Ik wil niet mijn liefsten de deur uit sturen zodat zij samen iets leuks kunnen gaan doen, zonder mij!
En solliciteren onder werktijd? Nee, dat zit er voorlopig niet in want ik noemde het al: topdrukte… Hoogtijdagen. Eigenlijk altijd de leukste periode van het jaar. Maar nu even niet!

Misschien ben ik een ongelofelijke zeur maar mijn eigen gehaast legt me bijna lam. Een typisch geval van Sjors Twijfelt… waaraan besteed ik wanneer mijn aandacht, hoe houd ik de weegschaal in evenwicht en waarom slaapt die driejarige nou nét niet op mijn vrije maandag? Die tijd zou ik anders goed kunnen gebruiken! Het is ook zo… het is gezeur… maar toch.

Overigens balanceert de weegschaal deze week niet onaardig. In de afgelopen 7 dagen heb ik meerdere sollicitaties verstuurd, dagelijks met een houten treinbaan gespeeld (en mijn gehaastheid aardig kunnen negeren) en ook nog aandacht aan mijn lief kunnen schenken. Wat er bij in schiet? Vriendschappen, familie en het huishouden. Lieve mensen aan tijd wordt hard gewerkt! Stofzuiger en strijkplank, sorry maar jullie zullen echt nog even moeten wachten.

Nee is nee… toch?

Eerder heb ik al eens geblogd over mijn vurige wens om engelengeduld te hebben. De wens is er nog altijd, want deze is tot op heden niet uitgekomen. Het ‘tot tien tellen’ beheers ik tegenwoordig als geen ander, maar tien is vaak niet genoeg. En wie ooit beweert geen NEE te kunnen zeggen, moet vooral eens oefenen met een kind want NEE zeggen wordt dan tot een kunst verheven.

Kleine M. is zijn grenzen aan het verkennen en hoe! De hele dag door stelt hij je op de proef. Niet alleen je geduld, maar vooral ook je consequentheid wordt getest. Vreemd genoeg snapt een puber van 18 maanden (!) maar al te goed dat je als ouder eenduidig moet zijn, want je hoeft maar even te verslappen en hij heeft zijn zin.

Het begon met niet meer in de kinderwagen willen en inmiddels kunnen we niet meer door het park zonder te stoppen bij de glijbaan en daar minstens 20 keer van af te glijden. Niet alleen buiten, maar vooral ook binnen loopt hij de hele dag langs de zwaar bewaakte grens. Zijn kleine teen over de streep laat ik oogluikend toe, maar het blijft natuurlijk niet bij die teen. Haarfijn weet hij je te bespelen met een vertederende lach of een uitdagende blik. Een keer knipperen met je ogen en hij begeeft zich al op verboden terrein. Zo beukt hij met zijn bakfietsje tegen de pas beschilderde muren en na een zoveelste NEE vliegen de verfsplinters van de wand. Ook zal hij binnenkort wel een viervingerige hand hebben want hoe vaak zijn vingers al tussen de deur hebben gezeten. En toch blijven proberen… echte pijn schijn je je nooit meer helemaal te kunnen herinneren, dat zal bij hem dan ook wel het geval zijn.

Niet alles is negatief want vorige week ontdekte ik een nieuwe sociale vaardigheid: delen. Hij deelt graag alles met zijn vriendjes. De knuffel deelt mee in het avondeten en de auto drinkt vrolijk een glaasje melk mee. ‘NEE, kleine M. doe dat maar niet, de auto lust geen melk’. Helaas ik ben een schreeuwende in de woestijn want er ligt weer een plasje melk onder de auto. M. oogt tevreden, want hij heeft gedeeld met zijn vriendjes. Een groot hart, daar hou ik wel van. Het is alleen erg jammer dat hij hiervoor toch weer mijn NEE’s heeft genegeerd.

Ik begrijp ouders wel die het laten verslappen, want consequent blijven voelt soms als een onmogelijke taak. Als je kind niet eet, op de grond ligt en hysterisch begint te krijsen of alles door de kamer smijt dan overschrijd jij je eigen grens en geeft het toch maar zijn zin. Toch houd ik zo lang mogelijk mijn poot stijf en ben ik niet van plan te buigen voor zijn nukken. Al geef ik toe dat ik soms verslap omdat het ook heel aandoenlijk is hoe hij zijn knuffeltje mee laat eten. Delen, is ook een mooie eigenschap en dat maakt me dan weer trots. Het prinsengedrag mag hij echter achterwege laten, dat is voor als hij ‘s avonds prinsheerlijk in zijn bedje ligt.