Tag Archives: moeder

Een gemiste omhelzing

“Mam, ik wil je zo graag omhelzen. Mag dat?” Ik vroeg het aan mijn moeder deze zomer, toen we al een paar dagen niemand anders hadden gezien dan elkaar. Het voelde daarom veilig, maar toch ook stiekem. Mensen omhelzen is sinds maart geen optie meer, althans niet als je hen wilt beschermen tegen een mogelijke corona besmetting. En van alles wat er niet meer of alleen beperkt mag, vind ik het niet aanraken het ergste.

Verder lezen…

De juiste sleutel

Wat deed jij tijdens de corona thuisquarantaine? Heb jij jezelf ontwikkeld, heb jij eindelijk die boeken gelezen die je wilde lezen of heb je oeverloos genetflixt? Wat je ook hebt gedaan, het is ongetwijfeld ergens goed voor geweest.

Geen ontwikkeling doorgemaakt? Dat geeft toch niks? Kwamen misschien de muren op je af? Ik gun je dan nu vooral meer ruimte en vrijheid. En als deze voorbeelden het allemaal niet waren… dan heb je jezelf misschien wel enorm goed leren kennen, want keihard tegen de lamp lopen of een onaangename ontmoeting met de spiegel is ook ergens goed voor.

Verder lezen…

Als een brullende straatvechter

Ze zijn weer begonnen, de zondagochtenden langs de tennisbaan. En ook nu heb ik me voorgenomen om me nergens mee te bemoeien, niet langs de kant te staan roepen en vooral rustig koffie te drinken samen met de andere ouders. Een nobel streven maar in een competitie waar de kinderen zelf de stand bijhouden en beoordelen of een bal in of juist uit is, ontwaakt al snel de straatvechter in mij.
Lees verder!

Zo help ik je juist niet


Lieve M,

Deze brief schrijf ik je omdat ik me besef dat ik het, de afgelopen dagen, niet goed heb aangepakt. Ik wil je zo graag helpen zodat je het op school iets makkelijker hebt, maar volgens mij help ik je juist niet. In plaats van je de ruimte te geven om thuis te kunnen ontspannen, bedenk ik allemaal dingen die je moet. We moeten ’s ochtends tafels oefenen, we moeten ’s middags een kwartiertje rekenen, je moet op tijd naar bed en je moet je concentreren.

Terwijl ik maar praat en praat en zeg hoe graag ik je wil helpen, zie ik dat bij jou de paniek in je ogen schiet. En wat doe ik? Ik praat door en geef je dus eigenlijk geen kans om mij te stoppen.
Lees verder!

Een uur ontspannen

“Zus, ik heb een bon maar die maak ik echt niet op. Wil jij ‘m?”

Een cadeaubon voor een poepchique spa in een gerenomeerd hotel welteverstaan. Ik zie ‘m op Instagram weleens voorbijkomen bij ultraslanke, knappe BN’ers en daar zou ik dan heen moeten? Ik, die zich alleen tijd gunt voor een snelle douche terwijl ik persé een bad wilde in de nieuwe badkamer. Iemand die in haar puberteit voor het laatst bij een schoonheidsspecialiste was en zich zelfs ongemakkelijk voelt tijdens een badpakkendag in de sauna. Maar ja, het is ook zonde om zo’n bon te laten verlopen, dus oké ik ga.
Lees verder!

Het lef-leuk-stom lijstje

Na een gesprek op school over de lichte faalangst van onze M., brak ik mijn hoofd over de vraag hoe hem hierbij te helpen. Hoe kunnen we hem spelenderwijs laten merken dat fouten maken mag en dat wij allemaal wel eens dingen moeten doen die we spannend vinden? Uiteindelijk droeg M. onbewust zelf de oplossing aan door naar de post-it op mijn laptop te vragen. Terwijl ik hem uitlegde dat het mijn ‘to-do lijstje’ voor mijn werk was en dat daar leuke, stomme én moeilijke dingen opstaan, bedacht ik ‘het lef-leuk-stom lijstje’. Alledrie verzinnen we tweewekelijks iets stoms, iets leuks en iets waar je lef voor moet tonen. Zo ziet M. dat wij allemaal weleens lef nodig hebben. 
Lees verder!

Een portie engelengeduld – deel twee

Een weekend om snel te vergeten.

Mag je medelijden met jezelf hebben als je kind ziek is? Die vraag heb ik me de afgelopen dagen vaak gesteld. Kleine M. was ziek en niet zo’n beetje ook. Heel zielig voor een uk die niet kan vertellen waar hij last van heeft. Ik betrapte me echter ook vrij snel op een bijna egoïstische gedachte: hoe moet dat met werk? Ik ben net een maand bij mijn nieuwe werkgever en kan niet aankomen met de mededeling dat mijn kind ziek is. Gelukkig zijn er heel lieve opa’s en oma’s die niet alleen verknocht zijn aan hun kleinkind, maar ook hun hand niet omdraaien voor een dagje ziek en zeer.

Twee dagen was Kleine M. in de veilige handen van zijn grootouders geweest en ze zeiden allemaal hetzelfde: een zielig vogeltje dat niets liever deed dan tegen je aan kruipen op de bank. Goed ziek dat wel, maar je had er verder geen kind aan. Dat stemde me gerust. Ik zou het hele weekend alleen zijn omdat manlief alle dagen moest werken, dus als het ziek zijn dan van een klein leien dakje kon gaan….graag! Helaas was ik voor het gemak vergeten dat die kleine boef bij zijn opa’s en oma’s altijd lief is, extreem goed luistert en vooral niet moeilijk doet. Een verdacht voorbeeldig kind…

Het werd een weekend om heel snel te vergeten. Zaterdag begon de ochtend vroeg maar nog zonder al te veel zorgen. Niet heel veel later begon de ellende. Huilen op het hysterische af en het leek eindeloos. Opeens was ik de moeder van een huilbaby of liever gezegd een huildreumes. Niets wat ik deed leek te helpen en vaak maakte ik het alleen maar erger. Waar ik de avond ervoor nog gniffelde bij de reclame van BOL: ”hebben wij weer…een lachbaby”, had ik nu maar wat graag een lachbaby gehad. Als het gekrijs zijn hoogtepunt bereikte, liep af en toe mijn geduldige emmertje over. Hij huilde namelijk niet alleen omdat hij ziek van ellende was, maar ook nog eens omdat hij zijn zin niet kreeg. Dubbel drama dus. Helaas ben ik niet gezegend met een onuitputtelijke dosis geduld en de ‘tel-tot-tien-oefeningen’ die mijn vader mij vroeger leerde, hielpen die dag ook niet. Door het oorverdovende gebrul kon ik geen contact meer krijgen met mijn eigen gedachten. Het bewijst maar weer eens dat ik niet gemaakt ben voor dit soort situaties. Het staat lijnrecht tegenover wat een moeder zou moeten zijn, maar hoe zielig Kleine M. ook was, ik vond mezelf bijna net zo zielig. Opeens begreep ik wel waarom ouders soms doorslaan. Zover is het godzijdank niet gekomen, maar ik had heel graag een rol behang gehad om hem die dag achter te plakken.

Inmiddels zijn we weer een paar dagen verder en is het grootste leed geleden. Even waren we bang dat het negatieve temperament niet met de koorts zou verdwijnen. Gelukkig lijkt dat niet het geval en knapt hij weer op.
Wel heb ik dit weekend twee wijze lessen geleerd. Les 1: vertrouw nooit op de in liefde gedompelde woorden van opa’s en oma’s. Zij zien alles door een roze bril.
Les 2: het is de hoogste tijd om op zoek te gaan naar dat extra portie engelengeduld, waar ik al eens eerder om vroeg.

Voor vrijdag een carnavalsoutfit graag

Dinsdagochtend kregen we een nieuwsbrief van het kinderdagverblijf met het verzoek om de kinderen vrijdag verkleed te brengen in verband met carnaval. Ontzettend leuk idee, want ik ben gek op (kinder-)carnaval, maar deze mededeling is wel een beetje aan de late kant. De reden om je kind naar het kinderdagverblijf te brengen is je werk. En de meeste ouders (lees: moeders) werken in ieder geval 3 dagen in de week. Dat betekent al snel dat je op dinsdagavond deze mail pas leest, woensdag en donderdag moet werken en het arme kind op vrijdag dus NIET verkleed gaat omdat mama geen tijd had om iets te verzinnen. Gelukkig ben ik in de aanloop naar mijn nieuwe werk vrij en zou ik dus tijd genoeg hebben om iets in elkaar te knutselen. De creativiteit van mijn moeder zit bij mij helaas niet de genen, dus een creatie even snel in elkaar draaien zie ik niet gebeuren.

Goede herinneringen heb ik aan carnaval tijdens de basisschooljaren. Altijd een leuke outfit door mijn moeder gemaakt, een school die enthousiast een praalwagen maakte en optochten in de vrieskou. Ik zou het daarom leuk vinden als kleine M. ook later met zoveel plezier aan deze traditie terugdenkt. Er is echter een probleem…die zelfgemaakte outfit zit er voorlopig niet in. Ik kan knopen aannaaien en een sok stoppen, maar van een lap stof een kek tenue maken is echt een brug te ver. Jaloers ben ik op mijn moeder met haar talent en creatieve oog. Ze ziet iets, slaat het op en kan het vervolgens zonder patroon namaken. Om een beetje in haar voetsporen te kunnen treden, kregen mijn zus en ik een naaimachine. Blij ben ik er zeker mee, maar hij staat nog onaangeroerd in de kast. Deze week ben ik vrij, komt er een verkleedpartijtje aan én staat er een naaimachine op me te wachten. Alle ingrediënten zijn er, op een na: mijn talent.

Goed, er komt dus geen zelfgemaakt pak. Iets kopen dan maar? Eigenlijk vind ik dat te makkelijk. Maar ja, als hard werkende moeder is dat wel het snelste. Ik heb online hier en daar gekeken en zag de leukste outfits: een lief aapje of een stoere leeuw, maar manlief vond dat zielig. Als Robin Hood? Heel schattig pakje maar gezien het drukke tijdstip, niet meer op tijd leverbaar. Voor alle andere dingen is hij nog veel te klein en als roze prinses verkleed gaan is pas écht zielig. Ook niets kant-en-klaars dus. Dan komt mijn lieve zus met een briljant plan: een timmerman. Hij heeft een fantastische toolbelt, een jeans tuinbroek en een geruit overhemd. Ergens heb ik nog een helmpje liggen, dus de timmermansoutfit is compleet. Super idee, zus bedankt! Nu alleen hopen dat hij de hamer niet demonstreert op een vriendje, want dan wordt de carnavalsherinnering een stuk minder leuk!

Toch zint het me niet dat ik niet zelf iets heb gemaakt. De warme herinneringen die ik aan carnaval heb, komen juist doordat mijn moeder me altijd zo geweldig optooide. En nu ik mijn eigen hummel mag optooien, staakt mijn brein met creatief denken. Misschien kan ik alvast iets verzinnen voor volgend jaar, dan heb ik daarna nog tijd genoeg om de naaimachine te leren kennen.